Het sprookje van de realiteit zoals die zich aan ons voordoet Er was eens de Methuselase leeftijd een hemellichaam met natuurwetten. Er was eens een tijdperk van groen voor een eon van grijs Er was eens de gedachte van Ahimsa, de oorspronkelijke theorie van alles en de gedachte van eenheid van het universum en alles daarin voor het vechten om land om de betere versie van de Ander te zijn. Er was eens een taal waarin soualiga ‘land van zout’ betekende en oualichi ‘land van vrouwen’. Dappere vrouwen. Er was eens genoeg land Er was eens de Anunnaki, incidenten met UFO’s in New Mexico en het gebruiken van elektromagnetische uitvindingen. Er was eens een golf van rebellie tegen de wetten opgelegd door mensen Een machtige zee van protestborden. Lamenterend, Jeremiërend. Er was eens toen men niet kon zien wie belde. Er was eens toen men theater aanschouwde omdat films nog niet bestonden. Er was eens toen Afrika rijk was en Europa moeras was. Er was eens een kolonisator die zich zorgen maakte om familieproblemen zijn ondergeschikte vrouw en dochter terwijl een heel volk gebukt ging onder het geweld. Er was eens een herhaling van wat er eens was. Er waren eens bomen maar binnenkort misschien niet.
Wat voor impact hebben kapitalisme en kolonialisme op de maatschappij en op individuen? Hoe zien we de doorwerking hiervan in persoonlijke levens? Dit is het soort vragen dat Joshua Snijders (1999) de afgelopen jaren in zijn gedichten, verhalen en spoken word stukken heeft gesteld. In september 2021 is zijn debuutbundel Tranen van een Caribiër verschenen. Met een uiteenspatting van Caribische en Nederlandse beelden, kleuren, smaken en identiteiten verkent Joshua het kruispunt van koloniaal historisch besef en mentale gezondheid.